§7 Dageraad - Reisverslag uit Cockburn Town, Turkse en Caicos Eilanden van Ruben Peijnakker - WaarBenJij.nu §7 Dageraad - Reisverslag uit Cockburn Town, Turkse en Caicos Eilanden van Ruben Peijnakker - WaarBenJij.nu

§7 Dageraad

Door: Ruben van den Peijnakker

Blijf op de hoogte en volg Ruben

02 Maart 2012 | Turkse en Caicos Eilanden, Cockburn Town

§7 – Dageraad

Hoi ik ben Ruben,

Probeerde ik te vergeten of vergeten te worden? Ik wist het niet. Dat is het rare – echt heel raar.

Eerst de warme gloed op mijn gezicht, daarna sperde het zonlicht mijn ogen.
“Jezus, doe die gordijnen dicht!” schreeuwde ik. Het was duidelijk dat ze schrok, toch liet ze de gordijnen open. Had ze me niet gehoord?
“Is dit weer zo’n spel? Jij altijd met die spellen, ik zou je nek om moeten draaien. Je bent onverbeterlijk, je bent een ongedisciplineerde hoer, jezus…”
Dit kon ik echt niet gebruiken, niet nu in ieder geval. Na het voorval van gisteren was er te veel gebeurd. De chauffeur was gekeerd: geen kutkastelen voor de grijze zondeval, geen krakkemikkige vluggerdjes in een verlaten klooster. Eigenlijk wilden al die bejaarden hetzelfde. Ze zijn te oud om iets van hun jeugdigheid te herinneren en verlangen daarom naar iets nieuws, maar er is niets nieuws, alleen maar niets. Dit weten ze, dit maakt dat ze krampachtig vasthouden aan het breekbare leven. Telkens wanneer een domino valt – “och is die ook al dood?” - veinzen ze een nuchtere blik, terwijl ze van binnen walgen, kokhalzen, denkend aan het spervuur van de dood, dat hen deze keer gemist heeft. De enige gelukkige bejaarde is een dode bejaarde.
Hein had me binnengedragen, hij was oprecht bezorgd geweest, had water voor me gehaald en me vervolgens op bed gelegd. Het kamermeisje had het daarna van hem overgenomen. Mijn reddende engel, maar dat licht…
“Godver! Doe die gordijnen dicht!” Ze deed net of ze me niet verstond, wist ik. Ze sprong in het rond en wiegde haar naakte heupen heen en weer. Haar huid stond in perfect contrast met het blanke zonlicht; het vertederde haar, slokte haar op, totdat ik alleen nog haar contouren zag. Ze ging naast me op het bed zitten en plaatste met overdreven nonchalance een sigaret tussen haar lippen.
“Waar heb je die nou weer vandaan? Geef hier, daar ben je veel te jong voor.” Met tegenzin gooide ze de sigaret weg, het stond haar wel, maar als volwassene moet ik grenzen stellen – zelfs ik ken principes.
Ze gleed langzaam naar beneden en nam mijn half stijve pik in haar hand, deze liet ze voorzichtig langs haar wang en daarna haar lippen glijden, strelen, om vervolgens haar mond te openen. Twee rijen witte sabels konden mij elk moment van mijn mannelijkheid verlossen, hetgeen het einde zou betekenen, zoveel was zeker. Het lot was me gunstig gezind. Waar had ze dit geleerd? Jezus! Welk nummer had ik getrokken? Ze kon hier miljoenen mee verdienen. Als ze dat zou willen, natuurlijk.

Het vlak van de spiegel rimpelde alsof ik een steen in het water had geworpen. Als kind fantaseerde ik altijd al over de andere kant van de reflectie. Waar ik ook stond, de wereld leek alleen maar groter te worden. Soms droomde ik dat ik als Alice door de spiegel stapte, alles gekeerd, alles anders; eindelijk gelukkig. Wat als diegene aan de andere zijde hetzelfde dacht? Dat het geluk hier te vinden is. Zal ik hem waarschuwen? Nee. Geluk is immers met hen die nog niet weten dat het niet bestaat.

Geklop op de deur. Het kamermeisje maakte geen aanstalten de deur te openen en kroop tot haar neus onder de dekens - wat schattig. Misschien was ze bang dat het haar baas was of een collega, hoewel ik me steeds vaker afvroeg of ze überhaupt in het hotel werkte. Ze had aan mij nooit om geld gevraagd, dan zal het wel.
Ik strompelde uit de badkamer en opende de deur, het was Loes, prachtige Loes. Haar haren zaten in de war, meer dan normaal althans, en aan haar ogen zag ik dat ze gehuild had.
“Mooie onderbroek,” zei ze en liep naar binnen. Ik had niets aan.
“Wie is dit? Ik wist niet dat je gezelschap had.” Het bleef even stil.
“Oh Sorry. Dinges, Loes, Loes, Dinges.” Twee jaloerse blikken ontmoetten elkaar en vervolgens mij. Dinges wikkelde demonstratief een deken om haar lichaam en liep met grote passen de badkamer in. Loes keek me voor een moment beschuldigend aan, toen de flauwe glimlach; het was lief bedoeld.
“Hier, smeerlap,” ze gooide een handdoek, die ik onhandig om mijn middel knoopte. Dit had ik nog nooit gedaan. Ik ging naast haar op bed zitten, ze legde haar hoofd op m’n schouders, hield m’n hand stevig vast, ik kon het zout van haar tranen ruiken, bijna proeven.
“Ze hebben haar gevonden.”
“Oh,” antwoordde ik, ik wist niets anders te zeggen. Wat viel er te zeggen?
“Zoveel bloed, dat had ik nooit verwacht. Het zullen haar tieten wel geweest zijn. Twee grote bloedzakken.” Ze demonstreerde met haar handen hoe een grote boezem van twee bloedzakken eruit had moeten zien. Ze snikte.
“Ik heb het gezien.”
“Ik heb het gehoord. Was jij de laatste die haar gezien had?”
“Uhm…” Ik wist niet goed wat ik moest zeggen. Wat kon ik zeggen? Ze had een dierbare verloren, we hadden beiden iemand verloren. Stiekem had ik gehoopt dat dit verlies ons zou binden, als plak, als lijm, als een gedeelde vijand. Was dat eigenlijk altijd al het plan, vroeg ik mezelf af. Ik speelde met haar haren, haar prachtige lokken, als bladeren in november.
“Was jij het, Ruben? Heb jij het gedaan?” Ze keek me aan, ze huilde niet meer, ze leek sterk, ze had haar kinderlijke masker van onschuld verloren, nu wist ze wat ze wilde, deze dame wist precies wat ze wilde, dat ze iets wilde.
“Als dat zo is, vind ik het niet erg, Ruben. Het was vast haar eigen schuld, maar ik wil het nooit weten. Beloof me dat je het me nooit laat weten!” Ik beloofde het, niemand hoefde iets te weten…

Ik liet haar bruine haren door mijn handen glijden, ze rook hetzelfde als Lotte op die ene avond; naar zweet, naar zon, naar leven. Ooit was ze een rondborstige 6,5 - na zes bier zelfs een 9 – nu restte het eindproduct van een morbide geest, waarvan slechts haar blonde haren herinnerden aan wat ze ooit was: Lotte, voor altijd mijn Valentijn.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Turkse en Caicos Eilanden, Cockburn Town

Weg

Weg van het leven, weg van dit alles.

Recente Reisverslagen:

08 Mei 2012

§15 Knarsetanden: part deux

23 April 2012

§14 Knarsetanden: deel I

16 April 2012

§13 Draaiorgel

02 April 2012

§12 Gruis

26 Maart 2012

§11 Zandstralen
Ruben

Hoi ik ben Ruben,

Actief sinds 06 Feb. 2012
Verslag gelezen: 267
Totaal aantal bezoekers 19852

Voorgaande reizen:

01 Februari 2012 - 30 November -0001

Weg

Landen bezocht: